Twee vermogensbestanddelen in box 3, die nu onder de categorie overige bezittingen vallen met het bijbehorende hoge forfaitaire rendement, worden alsnog overgebracht naar de categorie banktegoeden. Het gaat om het aandeel in de reserves van een vereniging van eigenaars (VvE) van appartementen en om geld, dat op een derdengeldenrekening van een notaris of een gerechtsdeurwaarder staat. Het forfaitaire rendement voor banktegoeden past bij nader inzien beter bij het rendement op dit vermogen dan het rendementspercentage voor overige bezittingen. Voorgesteld wordt deze aanpassing met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2023 te laten gelden.
Het kabinet stelt daarnaast voor om onderlinge vorderingen en schulden in box 3 tussen fiscale partners en tussen ouders en minderjarige kinderen te defiscaliseren. Dat wil zeggen dat deze vorderingen en schulden niet tot de rendementsgrondslag van box 3 behoren. Voorgesteld wordt ook deze aanpassing met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2023 te laten gelden.
Bron: Ministerie van Financiƫn | wetsvoorstel | 19-09-2023
Laatste nieuwsberichten
De kringloop die dacht slim te zijn met btw
27-11-2025
Lenen aan zuster zonder zekerheid
27-11-2025
Indexering griffierechten per 1 januari 2026
27-11-2025
Loon op loonlijst is belast, ook zonder uitbetaling
20-11-2025
Schenkbelasting terug na terugstorten tweede jubeltonschenking
20-11-2025
Inschrijving brp alleen is onvoldoende voor medebewonerschap huurtoeslag
20-11-2025
Schoenherstelbedrijf verliest rechtszaak over gestolen kasomzet
13-11-2025
Geen voorziening voor toekomstige bedrijfsvoortzetting
13-11-2025
Gouden munten geen contant geld
13-11-2025
AOW-leeftijd blijft 67 jaar en drie maanden in 2031
13-11-2025